Als bedrijf moet u bij elke verandering in het bewaakte gebied en/of ruimten en/of de plaatsing van apparatuur een aanpassing en of uitbreiding aan de brandmeldinstallatie doorvoeren. Dit geldt ook wanneer het gebied of de ruimte waarin de brandmeldinstallatie hangt, wordt uitgebreid. 

Richtlijnen wijzigen brandmeldinstallatie

Om een juiste aanpassing van de brandmeldinstallatie te kunnen waarborgen, moet aan de volgende richtlijnen worden voldaan:

1. Wanneer de verandering van het gebruik van het bewaakt gebied, en/of ruimten en/of een uitbreiding van het bewaakt gebied een afwijking is van het Programma van Eisen, dan moet het Programma van Eisen worden aangepast en door de bevoegde autoriteit worden goedgekeurd.
2. De uitbreiding en aanpassing van de brandmeldinstallatie en de opstelling van het nieuwe Rapport van Oplevering voor het deel van de installatie, moeten worden uitgevoerd door het branddetectiebedrijf.
3. De apparatuur welke nodig is voor de uitbreiding of aanpassing van de brandmeldinstallatie moet van hetzelfde of van een functioneel vergelijkbaar, goedgekeurd compatibel type zijn.
4. Het branddetectiebedrijf moet de bedieningsvoorschriften, installatieplattegronden, blokschema’s, functiematrixen, en dergelijke aanpassen aan de nieuwe situatie. Ook moet het branddetectiebedrijf u wijzen op een eventueel noodzakelijke aanpassing van de alarmorganisatie.
5. De onderhouder van uw brandmeldinstallatie en u als bedrijf moeten in de onderhoudsovereenkomst de omvang van de brandmeldinstallatie en/of de tijdsintervallen voor de onderhoudswerkzaamheden aanpassen aan de nieuwe situatie. Daarna moeten u en de onderhouder het gewijzigde of uitgebreide deel van de brandmeldinstallatie opnemen in het onderhoudsprogramma, in overeenstemming met de nieuwe situatie.

Meer over de Beheerder Brandmeldinstallatie / Opgeleid Persoon
Meer over periodieke controles van de brandmeldinstallatie